Wanneer is een 2e spoor traject niet verplicht?

Wanneer is een 2e spoor traject niet verplicht?


Het opstarten van een 2e spoor traject is een belangrijk onderdeel van de Wet verbetering Poortwachter, maar in sommige gevallen is het niet verplicht. Werkgevers en werknemers zijn dan niet verplicht om een traject richting ander werk buiten de organisatie te starten. Hieronder leggen we uit in welke situaties een 2e spoor traject niet nodig is.

2e spoor wel of niet opstarten?

  • Uitzonderingen 2e spoor
  • Goede onderbouwing
  • Arbeidsdeskundige betrekken

Hulp nodig?

Neem contact op.

1. Werkgever kan structureel passend werk aanbieden
Als de werkgever binnen de eigen organisatie structureel passend werk kan aanbieden waarmee de werknemer (vrijwel) volledig zijn mogelijkheden benut, is een 2e spoor traject niet nodig. Dit betekent dat de werknemer binnen het bedrijf aan de slag kan blijven zonder verdere bemiddeling naar ander werk. Een ander aandachtspunt hierbij is dat de aangeboden werkzaamheden zo dicht mogelijk moeten aansluiten bij het verdienvermogen van werknemer.

2. Geen (duurzaam) benutbare mogelijkheden (GBM)
Wanneer een bedrijfsarts vaststelt dat een werknemer geen benutbare mogelijkheden heeft, hoeft er geen 2e spoor traject te worden opgestart. Dit betekent dat de werknemer volledig arbeidsongeschikt is en geen werkzaamheden kan verrichten.

3. Medische noodzaak om benutbare mogelijkheden in te zetten voor herstel
In sommige situaties is het medisch noodzakelijk dat de werknemer zijn beperkte belastbaarheid gebruikt voor herstel, in plaats van re-integratie. Als de bedrijfsarts dit aangeeft, mag het 2e spoor traject achterwege blijven. Vaak is dit het geval wanneer er sprake is van marginale mogelijkheden.

4. Kosten van het 2e spoor traject zijn hoger dan 70% van het resterende loon
Als de kosten van een 2e spoor traject hoger zijn dan 70% van het nog te betalen loon over de resterende loondoorbetalingsperiode, hoeft het traject niet te worden opgestart. Dit is bijvoorbeeld het geval wanneer de resterende loondoorbetalingsperiode zeer kort is of wanneer een werknemer een heel klein contract heeft voor bijvoorbeeld 2 uur per week.

5. Werknemer bereikt binnen een jaar de AOW-leeftijd
Wanneer een werknemer binnen 1 jaar na het einde van de wachttijd (de verplichte 2 jaar loondoorbetaling) de AOW-gerechtigde leeftijd bereikt, kan er worden afgezien van een 2e spoor traject. Hiervoor moeten zowel de werknemer als de werkgever akkoord zijn.

6. Binnen 15 maanden volledig hersteld voor eigen functie
Als de werknemer binnen 15 maanden volledig herteld zal zijn voor zijn eigen functie hoeft er geen tweede spoortraject opgestart te worden. Laat je hierover altijd goed adviseren door de bedrijfsarts.

7. Uitzondering op inzet 2e spoor bij herstelbelemmering
In sommige gevallen kunnen re-integratieactiviteiten in het kader van het 2e spoor het herstel van de werknemer belemmeren. Als dat het geval is, hoeft het 2e spoortraject (nog) niet te worden opgestart. De bedrijfsarts beoordeelt of er sprake is van herstelbelemmering en bepaalt het juiste moment om het traject eventueel wél te starten. Zorg ervoor dat deze beoordeling en onderbouwing duidelijk en zorgvuldig wordt vastgelegd in het medisch dossier door de bedrijfsarts. Dit voorkomt onduidelijkheid en is van belang voor eventuele toetsing door UWV.

Wanneer moet een 2e spoor traject wél eerder worden gestart?

Er kan niet altijd gewacht worden tot het einde van het eerste ziektejaar met het starten van een 2e spoor traject. Als er geen zicht meer is op structurele hervatting binnen de eigen organisatie, moet het traject eerder beginnen. Dit is bijvoorbeeld het geval bij een stukadoor die na een ongeval een arm verliest en hierdoor nooit meer in zijn oude functie kan werken.

Conclusie

Een 2e spoor traject is een belangrijk re-integratie-instrument, maar het is niet altijd verplicht. Het is essentieel om tijdig te beoordelen of een traject nodig is, zodat werkgevers en werknemers niet onnodig worden belast en op tijd de juiste stappen zetten. Een goede samenwerking tussen de bedrijfsarts en arbeidsdeskundige zorgt voor duidelijkheid. Door hun expertise te bundelen, ontstaat er een compleet en zorgvuldig beeld van de re-integratiemogelijkheden, waardoor beter kan worden bepaald of het opstarten van een 2e spoor traject nodig is. Bovendien betekent het niet opstarten van een 2e spoor traject niet automatisch dat een loonsanctie volgt, zolang er een onderbouwde reden voor is. Ons advies is om je goed te laten voorlichten wanneer een 2e spoor traject wel of niet moet worden opgestart. Onze arbeidsdeskundigen kunnen daarin adviseren. Door een arbeidsdeskundige te betrekken en zaken goed te laten onderbouwen laat je als werkgever zien weloverwogen keuzes te hebben gemaakt wat helpend is voor UWV wanneer zij moeten beoordelen of er sprake is geweest van voldoende re-integratie inspanningen.

Liever direct contact?

Onze arbeidsdeskundigen staan voor je klaar om je alles te vertellen over wanneer een 2e spoor traject wel of niet verplicht is om in te zetten.

Copyrights © 2025 All Rights Reserved by Peijnenburg Verzuimbegeleiding