Wet verbetering Poortwachter
De Wet verbetering Poortwachter is sinds 1 april 2002 van kracht en heeft als doel langdurig ziekteverzuim te verminderen en werknemers zo snel mogelijk weer aan het werk te helpen, naar vermogen. Deze wet legt zowel de werkgever als de werknemer gezamenlijke verantwoordelijkheden op voor het re-integratieproces. De werkgever is eindverantwoordelijk, terwijl de werknemer medeverantwoordelijk is voor zijn eigen re-integratie. Belangrijk om te weten: als de inspanningen onvoldoende zijn, kan UWV de werkgever een loonsanctie opleggen. Dit betekent dat de werkgever verplicht kan worden om nog een extra jaar loon door te betalen.
Wet verbetering Poortwachter
- Mis geen re-integratiekansen
- Wanneer spoor 2 opstarten?
- Highlights Wet verbetering Poortwachter
Hulp nodig?
Neem contact op.
Loon doorbetalen tijdens ziekte
Als werkgever ben je verplicht om gedurende de eerste twee ziektejaren minimaal 70% van het brutoloon van de werknemer door te betalen. Vaak zijn er echter in cao's en arbeidsovereenkomsten afspraken vastgelegd die hiervan afwijken. Zo is het in veel cao’s gebruikelijk dat het loon in het eerste jaar van ziekte op 100% wordt gehouden en in het tweede jaar op 70%. Volgens artikel 7:629 van het Burgerlijk Wetboek moet er minimaal 70% worden doorbetaald, tenzij anders is overeengekomen in de cao of het arbeidscontract.
Belangrijke uitzondering
Let op: als er afwijkende afspraken zijn gemaakt in de arbeidsovereenkomst of cao, dan kunnen die van invloed zijn op de hoogte van het door te betalen loon. Het is daarom van groot belang om de geldende cao-afspraken of het contract goed te controleren.
Verplichtingen van werkgevers en werknemers volgens de Wet verbetering Poortwachter
Werkwijzer Poortwachter
Werkwijzer Poortwachter is een document van 42 pagina's dat stap voor stap beschrijft wat de verantwoordelijkheden zijn van zowel de werkgever als de werknemer tijdens het re-integratieproces. Deze werkwijzer biedt een leidraad om ervoor te zorgen dat de wet correct wordt nageleefd en dat de juiste stappen op het juiste moment worden gezet. Dit omvat onder meer het begeleiden van de zieke werknemer, waarbij alles in het werk wordt gesteld om de werknemer zo snel mogelijk naar vermogen te laten werken.
Spoor 1 en Spoor 2: Wat zijn de verschillen?
Spoor 1: Dit traject richt zich op de re-integratie bij de eigen werkgever. Gedurende de eerste twee jaar van ziekte moet er regelmatig worden beoordeeld of de werknemer (gedeeltelijk) terug kan keren in zijn eigen functie, eventueel met aanpassingen. Als dit niet mogelijk is, kan worden gekeken naar ander passend werk binnen het bedrijf.
Spoor 2 opstarten: Wanneer duidelijk is dat terugkeer in de eigen functie bij de huidige werkgever niet mogelijk is, wordt Spoor 2 ingezet. Dit houdt in dat er gezocht wordt naar mogelijkheden bij een andere werkgever. Spoor 2 dient uiterlijk in week 52 van het ziekteverzuim te worden gestart, tenzij er zicht is op volledig herstel binnen 15 maanden. Er zijn een aantal uitzonderingen waarbij Spoor 2 niet hoeft te worden opgestart:
- Als de werknemer binnen 15 maanden volledig hersteld zal zijn.
- Als de werknemer binnen één jaar na het bereiken van de WIA-wachttijd de AOW-gerechtigde leeftijd bereikt.
- Als er sprake is van geen of slechts marginale benutbare mogelijkheden.
De rol van de Arbeidsdeskundige (AD) in het re-integratietraject
Wanneer een arbeidsdeskundige inschakelen?
Een arbeidsdeskundige helpt bij het onderzoeken van mogelijkheden voor de werknemer om (gedeeltelijk) te blijven werken. Deze deskundige beoordeelt of er nog passende functies zijn binnen de organisatie (Spoor 1) en adviseert wanneer Spoor 2 noodzakelijk is. Hoewel een arbeidsdeskundig onderzoek niet wettelijk verplicht is, adviseren wij dit altijd ruim voor week 50 te laten uitvoeren. Zo voorkom je mogelijke loonsancties en waarborg je een goede verzuimbegeleiding.
Wat beoordeelt de arbeidsdeskundige?
De arbeidsdeskundige bekijkt niet alleen de mogelijkheden in de huidige functie van de werknemer, maar ook in andere functies binnen het bedrijf. Dit kan betekenen dat het eigen werk, met enige aanpassingen, weer passend kan worden gemaakt. Daarnaast geeft de arbeidsdeskundige advies over het eventueel opstarten van een Spoor 2 traject. Een goed onderbouwde rapportage van de arbeidsdeskundige kan voor UWV een belangrijk document zijn bij de beoordeling van het re-integratieverslag.
Het belang van een volledig re-integratieverslag (RIV)
Wat moet het re-integratieverslag bevatten?
Na bijna twee jaar ziekte moet de werknemer zijn WIA-aanvraag indienen bij UWV. Hierbij is een compleet re-integratieverslag (RIV) noodzakelijk. Dit verslag bestaat uit:
- Probleemanalyse: De bedrijfsarts stelt in week 6 een probleemanalyse op. Hierin worden de beperkingen van de werknemer en de mogelijkheden voor re-integratie vastgelegd.
- Plan van Aanpak: Hierin beschrijven werkgever en werknemer samen de doelen en stappen die worden ondernomen om re-integratie te bevorderen.
- Eerstejaarsevaluatie: Een evaluatie van de voortgang na het eerste ziektejaar, waarin de inspanningen van beide partijen worden vastgelegd.
- Actueel oordeel van de bedrijfsarts: Een samenvatting van de medische situatie en de inspanningen gedurende de afgelopen twee jaar.
- Eindevaluatie: Een verslag dat de stand van zaken beschrijft bij de WIA-aanvraag. Het bevat ook contactgegevens van alle betrokkenen, zoals de bedrijfsarts, arbodienst en werkgever.
Extra tips voor een compleet dossier
Lever, indien mogelijk, ook verslagen van het Spoor 2 traject en een rapport van de arbeidsdeskundige mee. Dit kan bijdragen aan een snelle en correcte beoordeling door UWV.
De 42e weekmelding bij UWV
Wanneer een werknemer 42 weken ziek is, ben je als werkgever verplicht dit te melden bij UWV. Dit kan eenvoudig online via het werkgeversportaal. Door deze melding wordt UWV tijdig op de hoogte gesteld van het langdurige verzuim, wat belangrijk is voor de verdere WIA-procedures. Als de werknemer herstelt na de 42e weekmelding, dien je dit ook direct door te geven aan UWV om onnodige correspondentie te voorkomen.
Werknemer werkt niet mee aan re-integratie: Wat kun je doen?
Als een werknemer niet voldoende meewerkt aan zijn re-integratie, verwacht UWV dat je als werkgever actie onderneemt. Dit kan variëren van een officiële waarschuwing tot loonopschorting of zelfs een loonstop. Ons advies is om altijd juridisch advies in te winnen voordat je een dergelijke maatregel neemt, zodat je zeker weet dat je de juiste stappen zet.
WIA-aanvraag en vervroegde IVA-aanvraag
Wanneer kan een vervroegde IVA worden aangevraagd?
Als vaststaat dat de belastbaarheid van de werknemer niet meer zal toenemen, kan een vervroegde IVA-uitkering worden aangevraagd. Dit is mogelijk als de werknemer volledig arbeidsongeschikt is. Overleg altijd met een bedrijfsarts of arbodienst om te beoordelen of aan de criteria voor een vervroegde IVA-aanvraag wordt voldaan.
Loonsanctie bij onvoldoende re-integratie-inspanningen
Indien UWV van mening is dat de werkgever onvoldoende re-integratie-inspanningen heeft geleverd, kan een loonsanctie volgen. Dit betekent dat je als werkgever een derde jaar loon moet doorbetalen. Het is daarom cruciaal om een adequate verzuimbegeleiding te waarborgen en tijdig de juiste stappen te ondernemen. Een goede samenwerking met een arbodienst kan hierbij helpen.
Hulp nodig bij de Wet verbetering Poortwachter?
Dit is slechts een beknopte samenvatting van Werkwijzer Poortwachter. Niet alle uitzonderingen worden hier behandeld. Wij raden aan het volledige document te raadplegen bij vragen of onzekerheden. Neem gerust contact met ons op om zeker te weten dat je geen belangrijke stappen of kansen mist. Heb je vragen of twijfel je over de te nemen stappen? Neem contact met ons op voor persoonlijk advies en ondersteuning, zodat je voldoet aan alle wettelijke verplichtingen en loonsancties voorkomt. Onze casemanagers staan klaar om je te begeleiden bij alle aspecten van de Wet verbetering Poortwachter en het re-integratieproces.
Liever direct contact?
Onze adviseurs staan voor je klaar om je alles te vertellen over Wet verbetering Poortwachter.